Homilie voor de 3e zondag van Pasen B


zaterdag 20/zondag 21 april 2024 – Olmen/Wezel/Sluis

lezingen: Handelingen 4,8-12    1 Johannes 3,1-2    Johannes 10, 11-18

Broeders en zusters, op deze vierde zondag van Pasen, stellen de lezingen ons vanuit drie verschillende perspectieven twee vragen: wie is Jezus Christus? En wie zijn wij, die “christenen” genoemd worden?

In de lezing uit de Handelingen van de apostelen hoorden we de volgende twee antwoorden: Jezus Christus is gekruisigd, maar God heeft Hem uit de doden doen opstaan. In zijn Naam zijn wij gered. Daarvan zijn wij getuigen.

De eerste brief van Johannes zegt het vandaag zo: Jezus Christus is ons komen leren dat we kinderen van God zijn. Hij is aan ons gelijk geworden, om het mogelijk te maken dat wij ooit aan Hem gelijk worden, wanneer geopenbaard wordt wat wij zullen zijn bij God.

En het evangelie gaf deze twee antwoorden: Jezus Christus is de goede herder, die zijn leven heeft gegeven voor zijn schapen. En wij, die Hem volgen en op Hem vertrouwen, zijn geroepen om onder de éne herder samen één kudde te vormen.

Misschien zet u zich nu een beetje gemakkelijker op uw stoel omdat u verwacht dat alles daarmee gezegd is. Korte preek. Lekker gemakkelijk en praktisch. En aan de ene kant zou ik het daar bij kunnen laten, en u de foltering van een lange homilie kunnen besparen. Aan de andere kant wil ik ook niet harteloos zijn als de huurling, die Jezus in het evangelie beschrijft. In tegenstelling tot de goede herder heeft die geen hart voor de schapen. Ik mag jullie dus ook niet op jullie honger laten zitten. Laten we vooropstellen dat een evenwichtige spirituele voeding dan meer wenselijk is dan fastfood in 160 woorden, of een al te overvloedige uiteenzetting van 3000 woorden.

Zoals ik de laatste tijd wel meer doe, vestig ik uw aandacht op de tweede lezing, uit de eerste brief van de heilige apostel Johannes. We zijn erg gewend om Paulus aan het woord te horen, dus kan in deze Paastijd een frisse stem wel deugd doen.

Ik kan u alleen maar heel warm en enthousiast aanbevelen om die eerste brief van Johannes eens in de volledige omvang ervan te lezen. En voor u daarbij een paniekerige “ik heb daar geen tijd voor”-reactie krijgt: deze brief telt slechts 5 hoofdstukken. In een gewone handbijbel is dat ongeveer  7 bladzijden. De lezing van deze zondag vinden we aan het begin van het derde hoofdstuk.

Eén zin haal ik daar uit om de komende dagen met meer aandacht in uw hart te overwegen: Wij worden kinderen van God genoemd en we zijn het ook.

Johannes wijst dus twee werkelijkheden aan: door ons geloof en ons doopsel worden we kinderen van God genoemd. Zo beschouwen we elkaar. Ik spreek jullie als mede-kind van God aan met “broeders en zusters”. We bidden straks samen “Onze Vader”. En ten tweede – zegt Johannes -: we zijn het ook. Dus ook voor God is dat een werkelijkheid. Hij beschouwt ons als zijn kinderen, Hij heeft ons tot zijn kinderen gemaakt. Wat dit allemaal ten diepste toe betekent, beseffen we nog niet. Maar in de persoon en de verkondiging van Jezus Christus gloort ons al iets van de betekenis van die woorden, van die waardigheid. En de apostel verzekert ons: als het moment daar zal zijn, waarop we God zullen zien zoals Hij is, zullen wij ook zien en beseffen wie wijzelf werkelijk zijn: Gods geliefde kinderen.

De vierde zondag van Pasen heeft als bijkomende naam “roepingenzondag” of “de zondag van de goede herder” gekregen. De evangelielezing is heel bewust vanuit dat thema voor elk jaar over heel de wereld op deze zondag in dat thema gekozen. Hier staat niet zozeer de verrijzenis centraal, zoals in de eerste lezing. Maar wel de vraag naar wie (of wat voor iemand) wij nodig hebben als volgelingen van Jezus om niet te verdwalen of te verkommeren. Om niet verloren te gaan. (Nog een thema dat diezelfde Johannes in zijn eerste brief heel belangrijk vindt.)

Uit het Johannesevangelie hoorden we hoe Jezus zichzelf beschrijft. Hij stelt een voorbeeld voor wie in zijn naam zijn schapen zullen herderen.

Hij geeft ook het tegenbeeld een naam: de huurling, iemand die eigenlijk niet echt met de schapen verbonden is, niet van hen houdt, niet van harte voor hen zorgt. Een huurling heeft geen hart voor de schapen. Hij doet het voor het geld, voor de job. Maar niet omdat hij bekommerd is om het lot van de schapen.

Zo is ook het profiel van een goede kerkelijke herder, gewijd of niet gewijd: iemand die zich met hart en ziel in de pastorale zorg inzet voor het welzijn van de gemeenschap.

In onze kerkgemeenschap bidden we elk jaar op roepingenzondag dat de Heer nieuwe mensen roept en zendt om voor die gemeenschap te zorgen. Net zoals Jezus gaan zij daarin ver. Het is geen job, het is geen dagtaak met vaste uren. Er zijn heel wat onverwachte en onvoorziene consequenties aan hun ja-woord op hun roeping. Ze geven heel hun leven aan het evangelie: De goede herder geeft zijn leven voor zijn schapen.

Vandaag bidden we dus dat God mensen inspireert en uitkiest, hen roept tot het pastorale dienstwerk, in het bijzonder als gewijde herder, maar ook als religieus of gehuwde, in elke mogelijke situatie waarin mensen het Rijk Gods voor elkaar gestalte kunnen geven. Elke roeping heeft twee kanten: niet enkel God roept deze mensen tot dienstwerk, maar ook de Kerk roept deze mensen op om dit dienstwerk op hun schouders te nemen. Samen dragen ze onze geloofsgemeenschap naar de toekomst, ook door periodes van dorheid, leegte of spirituele woestijnen. Ze gaan op zoek naar wie verloren lijken te lopen, mensen in de marge van de samenleving. Want ook daar wil Jezus aanwezig zijn. Ook die mensen zijn Gods geliefde kinderen.

Het dienstwerk van de leiding, de verkondiging en de zorg maken van de andere gelovigen geen “domme kuddedieren”. Elk van ons heeft de roeping en de zending, vanuit ons doopsel, om voor elkaar een houvast en tochtgenoot te zijn. Intellectuele luiheid is, zeker in deze tijd waarin informatie overvloedig aanwezig is, een ernstige fout, je eigen keuze, ja, misschien wel onmiskenbaar een zonde.

Jezus navolgen als goede herder, elkaar als kinderen van God erkennen en beminnen, en getuigen zijn van zijn verrijzenis. Dat zijn de drie kerngedachten die de lezingen ons deze zondag meegeven. Laat zeker niet na er over te bidden de komende dagen, en er liefst ook eens met anderen over te spreken.

0 Reacties to “Homilie voor de 3e zondag van Pasen B”



  1. Geef een reactie

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.




Bezoekers:

  • 128.261 pageviews

Archief

Follow De blog van Vincent on WordPress.com

Voer je e-mailadres in om je in te schrijven op dit blog en e-mailmeldingen te ontvangen van nieuwe berichten.

Voeg je bij 714 andere abonnees